Eten en drinken en een gezond gebit

De voeding die je kiest en het aantal momenten dat je eet, heeft invloed op je algehele gezondheid en je mondgezondheid. Vooral het nuttigen van te veel suikers, vruchtensappen en snacks heeft een negatief effect op de gezondheid van je mond. Veel voorkomende problemen zijn cariës, ontstoken tandvlees en tanderosie.

Tandbederf door suikers en zetmeel

Eetpatronen en voedingskeuzes zijn belangrijke factoren die van invloed zijn op de snelheid waarmee tandbederf zich ontwikkelt. Al het voedsel dat je eet, komt in je mond in aanraking met de bacteriën die in je mond leven. De bacteriën zetten suikers en zetmeel uit voeding om in zuur. Iedere keer dat de bacteriën in de mond in contact komen met suiker, wordt dus zuur geproduceerd. Dit zuur tast de tanden aan. Hoe vaker je eet en hoe langer het voedsel in je mond aanwezig blijft, hoe meer tandbederf er zal ontstaan.

Suikers in voedingsmiddelen

Alle voedingsmiddelen, inclusief melk en groente, bevatten bepaalde suikers. Al deze suikers kunnen tandbederf veroorzaken. Deze voedingsmiddelen moet je wel eten, omdat ze belangrijke voedingsstoffen bevatten. Voedingsstoffen (nutriënten) zijn stoffen die door het lichaam opgenomen kunnen worden en nuttig gebruikt kunnen worden. Dit zijn suikers (koolhydraten), eiwit, vitaminen, mineralen en water.

De suikers uit de voedingsstoffen zijn dus natuurlijke suikers. Fabrikanten kunnen echter ook suikers toevoegen. Toegevoegde suikers zijn vaak aanwezig in frisdranken, snoep, koekjes en gebak. Om de hoeveelheid suikers die je binnen krijgt te beperken is het belangrijk dat je voedingslabels leest en voedingsmiddelen en dranken kiest met zo min mogelijk (toegevoegde) suikers.

Zuren in voedingsmiddelen

Er zijn ook voedingsmiddelen die van zichzelf al zuren bevatten. Ook deze zuren kunnen tandbederf veroorzaken. In veel dranken zitten verborgen zuren; de toegevoegde suiker zorgt ervoor dat de hoge zuurdosis niet opvalt.

Hoe kom ik tot een juist voedingspatroon?

Zelfs voedingsmiddelen waarvan je het niet verwacht bevatten suikers. Voorbeelden daarvan zijn fruit, melk, brood en zelfs groenten. De sleutel tot het juiste voedingspatroon is niet het vermijden van deze voedingsmiddelen, maar na te denken voordat je ze eet. Niet alleen wát je eet, maar ook wanneer je iets eet, maakt daarbij verschil. Eet gevarieerd en probeer het eten van tussendoortjes zoveel mogelijk te beperken. Wanneer je een speciaal dieet volgt, houd dan het advies van de diëtiste aan bij het kiezen van de maaltijd.

Tips voor een gezond voedingspatroon

  • Houd je aan een gezond en gevarieerd voedingspatroon. Kies voeding uit elk van de vijf voedingsgroepen:
    • Brood
    • Fruit
    • Groente
    • Vlees, gevogelte en vis
    • Melk, kaas en yoghurt
  • Zorg dat je voldoende water drinkt.
  • Voeg water toe aan de vruchtensappen om het zuur te verzwakken.
  • Drink zo min mogelijk frisdrank (ook geen light-dranken, deze bevatten geen suikers, maar wel zuren).
  • Beperk het aantal eet- en drinkmomenten tot zeven keer per dag, inclusief tussendoortjes.
  • Slik dranken zo snel mogelijk door.
  • Als je tussendoortjes eet, zorg dan dat je voedingsmiddelen kiest met weinig suikers, zoals kaas, rauwe groente, zuivere yoghurt, of een stuk fruit.
  • Poets je tanden niet direct na het eten of drinken van zure dranken of voedingsmiddelen, maar wacht ongeveer één uur. Poets je tanden in ieder geval twee keer per dag.
  • Stimuleer de aanmaak van speeksel door te kauwen op suikervrije kauwgom. Speeksel heeft een neutraliserende werking.

Bron: KNMT en Dr. G.A. van der Weijden, tandarts parodontoloog/ implantoloog

VOEDINGSADVIES DOOR VOEDINGSDESKUNDIGE-DIËTIST

We weten dat voeding en gebit veel met elkaar te maken hebben. Met tanden bijten we een stuk eten af en met kiezen malen we het weer fijn. Te veel zuur of te veel zoet, kunnen slecht zijn voor het glazuur of gaatjes veroorzaken. Met voeding kan de mond gezonder gemaakt worden. Een gezonde mond is een goed begin van een gezonder en stralender lichaam! Voedingsadvies door een voedingsdeskundige-diëtist, helpt voor een gezondere mond én een gezonder lichaam. Conditie verbeteren, fitter voelen meer aan kunnen en stralen.

De tandarts of mondhygiënist kan je adviseren om een afspraak te maken bij de voedingsdeskundige-diëtist. Voedingsadvies helpt dan bij de behandeling door de tandarts of mondhygiënist. Bijvoorbeeld bij tandvleesontstekingen, kauwproblemen, droge mond of slaapapneu.

  • Een paar kilo afvallen bij overgewicht, helpt bij het verminderen van tandvleesontsteking.
  • De juiste vitaminen en bouwstoffen zijn belangrijk voor sterke tanden, gezonde mond en stralend haar. Er wordt advies gegeven voor voldoende voedingsstoffen en bouwstoffen.
  • Goede bloedsuikerwaarden bij diabetes zorgen voor minder ontsteking en meer energie. Als de bloedsuikers verbeteren, kunnen veel soorten (mond)klachten verminderen.
  • Door slaapapneu kunnen gezondheidsproblemen ontstaan. Bijvoorbeeld moeite met afvallen of een hoge bloeddruk. Gezonde voeding helpt om deze problemen te verminderen.
  • Droge mond, problemen met het kunstgebit, of ontbrekende kiezen, kunnen zorgen voor minder eten en drinken. Het is belangrijk om tekorten in de voeding aan te vullen, voor een goede conditie en goede weerstand.
  • Problemen met kauwen en slikken zijn goed te verbeteren, met een goed voedingsadvies. Er wordt gekeken naar wat ú lekker vindt om te eten.
  • Voeding: een gezonde basis zorgt voor een gezonde mond. En voor betere bloeddruk, cholesterol en glucose. En een voedingscoach-diëtist weet, dat daar ook genieten, werk, gezinsleven en eigen eetgewoonten bij horen. Advies is daarom altijd maatwerk.
     

Twee soorten voedingsadvies

Als er vragen zijn, kun je verwezen worden naar twee soorten behandelaars. De voedingsdeskundige van de tandartspraktijk geeft advies over gezonde voeding bij bijvoorbeeld gevoeligheid voor cariës. Als er bijkomende factoren zijn, verwijst de tandarts u door naar de diëtist. Zij heeft geleerd voor gezonde voeding én voeding bij ziekte, complicaties en/of medicijnen. Er is veel ervaring met korte voedingsvragen én met complexere voedingsvragen. Bijvoorbeeld het combineren van meerdere diëten.